ladyLein startpagina
Geologie start
Van geologie naar bodem
Wat is bodem
Bestanddelen bodem
Wat zit er in deze grond
Nederland grondsoorten
Vruchtbaarheid bodem
Definities gesteenten
Bestanddelen gesteente
Indeling aarde
Drie hoofdtypen gesteente
Stollings-gesteente
Sediment-gesteente
Metamorf-gesteente
Bodemlagen: horizonten
Bodemlagen: formaties
Indeling gesteente
Indeling mineralen
Indeling geologie
Geologische perioden
|
Vruchtbaarheid van de bodem
Bodemvruchtbaarheid is het vermogen van de bodem om een plant van water en voedingsstoffen te voorzien.
De bodemvruchtbaarheid wordt bepaald door de chemische, fysische en biologische eigenschappen.
Chemische eigenschappen
De chemische kant in een bodem is van nature erg belangrijk. Het draait om de juiste balans van aanwezige voedingsstoffen in de bodem. Dit wordt voornamelijk bepaald door het organische stof gehalte (het humuspercentage). Dit is de ‘voorraadkast’ van voedingsstoffen.
|
- Zuurgraad
De zuurgraad (pH) van de bodem is belangrijk, omdat voor elke plantensoort een ander optimum geldt.
De zuurgraad wordt beïnvloed door het kalkgehalte van de grond.
Zandgronden zijn in het algemeen zuurder (pH van 4,5 tot 5,6).
Kleigronden minder zuur (pH hoger dan 6,7).
(pH = zuurgraad: 7 is neutraal. Lager is zuur, hoger is basisch)
Door bekalking kan de pH verhoogd worden.
Door bemesting met o.a. zwavelzure ammoniak kan de pH verlaagd worden.
|
|
Fysische eigenschappen
Hebben we het over fysiologie dan hebben we het over de structuur van een bodem; welke deeltjesgrootte, het waterbufferend vermogen, doorlaatbaarheid etc. Het schept de basis waarop bodemleven zich kan voortplanten en leven.
|
- Water
De plantenwortels moeten in de bodem kunnen dringen. Een verdichte bodem maakt dit moeilijk of zelfs onmogelijk. Verder moet de bodem voldoende vocht kunnen vasthouden, niet te veel en niet te weinig. Het gehalte aan organische stof, ook wel humus genoemd, beïnvloedt in belangrijke mate deze eigenschappen. Ook de grondwaterstand speelt hierbij een rol. Voor een goede vochthuishouding worden de gronden vaak gedraineerd.
- Zuurstof
In de bodem moet voldoende zuurstof zitten voor wortelgroei en voor de opname van water en mineralen door de wortels, terwijl de door de plantenwortels geproduceerde kooldioxide afgevoerd moet kunnen worden. Er moet dus een goede luchthuishouding zijn.
- Afmeting deeltjes
De gronddeeltjes moeten voor een goede plantengroei bepaalde afmetingen hebben. Daarom moet kleigrond voor de winter geploegd of gespit worden, zodat de grond goed doorgevroren kan worden en grote kluiten kapotvriezen. De korrelgrootte en -samenstelling is bij zandgrond belangrijk. Bij te grote korrels houdt de zandgrond geen water vast en bij te kleine korrels is de zandgrond te vast en is er te weinig zuurstof aanwezig.
|
|
Biologische eigenschappen
- Gezond bodemleven
Een gezond bodemleven is belangrijk voor de mineralisatie en brengt lucht in de bodem. Regenwormen hebben hier een belangrijke bijdrage aan. Naast deze grotere organismen komen zeer veel micro-organismen in de grond voor, zoals bacteriën, straalzwammen, schimmels, gisten, wieren en protozoën, die de organische stof in de grond afbreken, waardoor de mineralen voor de plant beschikbaar komen.
- Vruchtwisseling
Ook is een goede vruchtwisseling belangrijk, omdat anders ziekten en plagen op kunnen treden. Vruchtwisseling of wisselbouw is het op een perceel na elkaar telen van verschillende gewassen om bodemziekten te voorkomen. Niet alle planten onttrekken evenveel van bepaalde voedingsstoffen aan de bodem. Bij de vruchtwisseling moet hiermee rekening worden gehouden.
|
|
|