01. In welke hoofdgroepen worden de scheikundige elementen verdeeld.
|
Metalen en niet metalen.
|
02. Wat is een element.
|
Een zuiver materiaal van 1 soort atomen.
|
03. Wat verstaat men onder het scheikundige begrip verbindingen.
|
Als atomen een verbinding aangaan.
|
04. Noem een paar verontreinigingen in staal.
|
Stikstof, zuurstof, zwavel, fosfor.
|
05. Waarom mogen verontreinigingen niet.
|
Ze zorgen voor minder goede eigenschappen van het staal.
|
06a. Wat zijn de symbolen voor ijzer, koolstof, silicium en mangaan.
|
ijzer = Fe
koolstof = C
silicium =
mangaan = Mn
|
06b. Wat zijn de symbolen voor ijzer, koolstof en mangaan.
|
ijzer = Fe
koolstof = C
mangaan = Mn
|
07. Wanneer is het staal.
|
Als er minder dan 2,0% koolstof in zit.
|
08. Wanneer is het gietijzer.
|
Als er meer dan 2,0% koolstof in zit.
|
09. Wat is het verschil tussen gietstaal en gietijzer.
|
Het koolstof percentage.
(ter info:
Gietijzer heeft 2,5%-6,67% koolstof
Gietstaal heeft minder dan 2,11% koolstof)
|
10. Wanneer is het ruwijzer.
|
Als er 3 a 4 % koolstof in zit.
|
11. Wat is legeren.
|
Andere elementen toevoegen om de eigenschappen van het materiaal te verbeteren.
|
12. Wat is staal.
|
Een legering van ijzer met koolstof en een beetje mangaan en silicium.
|
13. Wat zijn legeringselementen.
|
Chroom, nikkel, mangaan, silicium.
|
14. Wat is RVS.
|
Roest Vast Staal. (dus niet roest vrij)
|
15. Wat is corrosie.
|
Roesten.
|
16. Wanneer mag het RVS heten.
|
Als er minimaal 10,5% chroom in zit.
|
17. Wat zit er in veel gebruikt RVS.
|
18% chroom en 8% nikkel. (inox-staal)
|
18. Hoogoven: wat gaat erin en wat komt eruit
|
IJzererts en cokes erin
Ruwijzer eruit
|
19. Met welk proces wordt staal gemaakt.
|
Oxystaal proces:
met zuurstof het koolstof uit het ijzer halen, in een converter.
|
20. Wat gebruik je bij het proces om staal te maken.
|
Zuurstoflans.
|
21. Hoe heet het vat waarin staal gemaakt wordt
|
Convertor.
|
22. Wat is dit.
|
Converter met zuurstoflans
|
23. Wat is dit.
|
Hoogoven.
|
24. Wat is dit.
|
Continu gieten.
|
25. Wat is dit.
|
Blokgieten.
|
26. Welke staalaanduiding gebruikt men nu.
|
S235 rekgrens
(Oud is:
ST37 treksterkte
ST37 treksterkte
Fe360 treksterkte
Fe3C2 is een scheikundige formule)
|
27. Welke bewering over ruwijzer is juist.
|
Ruwijzer ontstaat tijdens het hoogovenproces.
|
28. Wat is lasbaarheid.
|
Hoe makkelijk je iets kan lassen.
|
29. Wanneer is het slecht lasbaar.
|
Als je extra voorzorgsmaatregelen nodig hebt om toch te kunnen lassen.
|
30. Wanneer is staal slecht lasbaar.
|
Bij een hoog koolstof percentage, groter dan 0,2%.
|
31. Wat moet je doen bij lassen met veel koolstof.
|
Voorverwarmen.
|
32. Wat is het verschil tussen staal S235 en staal S355.
|
S235 heeft een lager koolstofgehalte dan S355 en is daarom zwakker.
|